Jan Svankmajer (1934)

Dimensions of Dialogue (1982)

Misschien wel zijn beste film ooit. Svankmajer blijft verbazen. Hij gaat aan de haal met iets alledaags; geeft er een bizarre draai aan en gat vervolgens nog een flink aantal stappen verder, tot in het absurde. Surrealisme noemt hij dat. De combinatie van beeld en geluid is verbluffend briljant. Hij probeert je zo ver te krijgen dat je je hoofd wegdraait, maar je wilt niks anders dan weten hoe het verder gaat.
Deze film is misschien wel de meest invloedrijke film van Svankmajer.
Het gaat hierbij natuurlijk over het niet goed begrijpen van elkaar. Maar de boodschap naar de kijker is juist overduidelijk.

Darkness, Light, Darkness (1989)

In dit filmpje is de claymation-stijl wel heel perfect uitgewerkt. Geweldige animatiekunsten.
Het begint met een hand die een deur opent en twee ogen naar binnen laat rollen. Vanaf dat moment komen er steeds nieuwe lichaamsdelen. Door samen te werken proberen ze een normaal functionerend persoon te creëren. Er wordt een tong in het lege hoofd gestopt, een gebit en zelfs hersenen. Ik hou van het moment dat de voeten binnenkomen en dan het hoofd helemaal samendrukken. Uiteindelijk heb je dan het hele lijf… maar wel samengeperst in een veel te kleine ruimte.

Manly Games (1988)

Dit is ook een weergaloos goede en humoristische film.
In het begin heeft het even tijd nodig. Je ziet een man die met bier en koekjes naar een voetbalwedstrijd kijkt. Uiteindelijk gaat het om de spelers op het veld, die uitgeknipt zijn; een beetje zoals in Monty Phyton stijl. Het grappige is dat deze cutouts de voetbalwedstrijd spelen als een relaxt klassiek dansje. Daarna worden de spelers in klei omgebracht op een bizarre manier. Zo wordt er een kraan op het hoofd gemonteerd, waardoor de klei wegstroomt of een trein rijdt dwars door de mond van de speler. Na elke ramp mogen we als kijker nog even kijken naar hoe het gezicht er aan toe is. En dat is altijd weer een heel bizarre gezichtsexpressie.
Die drie componenten (de kijkende man, de uitgeknipte spelers en de claymation-gezichten) maken de film zo verrassend uniek. Het is verslavend om naar te kijken.
De herhaling van de klassieke muziek die de moordscene aankondigt is heel sterk. Zelfs de bierdrinkende man wordt grappig. Hoeveel bier kun je drinken. En als de koekjes op zijn, gaat hij met zijn biervinger over de besuikerde schaal. Bijna goor om te zien.
En dan zie je in de pauze ineens een kat in beeld. Na al die moordscenes ineens een kat. Hoe dan? Bizar is het zeker.

Alice

Faust

In recensies lees ik vaak kritieken als: “Zijn films zijn oerlelijk. Op gebied van montage, belichting, kleur- en cameragebruik gaat het vaak totaal de mist in. De hele setting (decor, belichting, e.d) is erg banaal en weinig inspirerend. Hij is dan misschien een kunstenaar met klei, maar met film bakt hij er weinig van. Het is vooral de rommeligheid die blijft irriteren. Evenals zijn extreme close-ups en de vele herhalingen.”

Zijn duistere universum …

The Last Trick (1964)

Twee mannen lijken geen van twee op het podium te willen staan, maar er toch staan. Ze proberen elkaar de loef af te steken met hun trucs. Uiteindelijk mondt dat uit in een gevecht, waarbij er razendsnel gemonteerd is.

Punch and Judy (1966)

Punch and Judy start met griezelige apen en bizarre circusmuziek. Maar al snel komen er twee poppenkastpoppen die elkaar alsmaar slaan (zoals poppenkastpoppen dat vaak doen). Maar allemaal helemaal ritmisch op de muziek. Soms verandert ineens de muziek. Verder zit het vol met zwarte humor. Het is eigenlijk gewoon een creepy versie van een slapstick cartoon.

Zijn laatste film “Insects” voltooide hij in 2018.

In 2019 was er een expo rond hem in The Eye.

Loading